Sinds 2015 zijn we bezig de historie van het Paardensportcentrum De Hondsrug en het leven van Gien Smeenge in kaart te brengen. Veel oud-ruiters hebben hun herinneringen aan de prachtige manegetijd in Borger en deze door middel van verhalen en foto’s met ons gedeeld. En nog steeds komen nieuwe verhalen bij ons binnen. Bijzonder verrassend was een mail die wij medio 2018 ontvingen van Jan Peter Jansen van Galen. Hij is getrouwd met Ina Knegtering, een kleindochter van wijlen Hendrik Smeenge, de aannemer waar Gien Smeenge in 1940 mee trouwde. Gien was dus de (stief)oma van Ina, die foto’s had uit de tijd dat Hendrik en Gien samen waren. Ze wilde die graag aan ons ter beschikking stellen. Wij hebben dat met grote dank aanvaard, mede omdat we uit de periode voor 1960 nog niet zoveel materiaal hadden.
We ontvingen de prachtige foto’s en hadden een eerste ontmoeting op 13 oktober 2018 in Gasselte op de 2e reünie. Ina en Jan Peter waren net zo benieuwd naar de mensen die destijds de manege van haar oma bevolkten als wij naar hun verhaal. De reünie was een succes en we kregen daarover een hartverwarmende mail van Ina.
Lieve mensen, Wat een bijzondere dag was het afgelopen zaterdag in Gasselte. Jan Peter en ik hebben een andere kijk gekregen op ‘tante Gien’. We weten nu welke rol ze voor velen met haar gedrevenheid, paarden en manege speelde gedurende vele jaren en ook nu nog. We vonden het leuk alle verhalen te horen. Als ze dit had meegemaakt was ze apetrots geweest op deze, eigenlijk ’haar’, open en toegankelijke groep paardenliefhebbers. De organisatie van de dag was in één woord fantastisch, geweldig verzorgd. Ook de rit in de koets met Lonneke?, een Fries paard (!) was een belevenis. Groet Ina en Jan Peter Jansen van Galen |
In aansluiting hierop hebben we in hun woning in Mildam een ontmoeting met Ina Jansen van Galen – Knegtering en haar man Jan Peter. Het huis staat in een landelijke omgeving; vanaf de keukentafel hebben we een prachtig uitzicht op de paardenweide. Ina is gek op tuinieren, wat aan de prachtige tuin ook te zien is.
Op zoek naar informatie op internet over de naam Knegtering stuitte Ina op de website van onze manege, waarin haar vader wordt genoemd als bewindvoerder van de manege tijdens de ziekte van mevrouw Smeenge. Haar verrassing slaat om in een grote verbazing en vreugde als ze ziet hoeveel informatie er over haar “oma” is. Sinds haar vroege jeugd heeft ze niet veel contact meer gehad met Gien Smeenge, naar wie ze overigens is vernoemd. De officiële naam van Ina is Luchiena waar Luchina, de officiële naam van Gien, een ‘e’ erbij heeft gekregen.
We gaan even terug in de tijd. Hendrik Smeenge is in 1914 getrouwd met Eeltje Eising. Het echtpaar krijgt 5 kinderen: Rika, Marchinie (Gienie), Jan, Geu en Jantje, de moeder van Ina. Als Aaltje in januari 1930 overlijdt is Gien Drenthe al een aantal jaren als huishoudster in het gezin aanwezig. Gien neemt dan o.a. de zorg voor de kinderen op zich. Dat doet ze op voortreffelijke wijze, waarbij ze (later) ook nog een aanzienlijke rol in het aannemersbedrijf van Hendrik Smeenge vervult. In juni 1940 trouwt Hendrik met Gien (die daar een sterke hand in gehad heeft) en hebben de kinderen dus officieel een stiefmoeder. De band met de kinderen was kennelijk prima, zeker met Jantje, de moeder van Ina.
Jantje Smeenge trouwde begin jaren 50 met Johannes Knegtering. Het gezin woonde in Erica, waar men o.a. een tuinbouwbedrijf in komkommers en tomaten had. Dochter Ina kan zich tijdens haar jeugd geen wanklank over haar oma voor de geest halen. Integendeel, uit het feit dat ze naar Gien Smeenge vernoemd is spreekt waardering voor haar oma.
Ina vertelt dat Gien Smeenge omstreeks 1929 ook nog bij bakkerij Jansma in Emmen heeft gewerkt. Dat blijkt inderdaad uit een ansichtkaart met een poststempel uit 1929, die vanuit Borger naar mej. L. Drenthe p/a Bakkerij Jansma, Weerdingestraat, Emmen, is gestuurd.
Gien Smeenge zat van jongs af aan al tussen de paarden. Na de oorlog ontplooit ze haar liefde voor de paardensport verder en wil ze graag een manege beginnen. Voor zover Ina weet mocht dat niet van Hendrik, maar had ze wel een stal achter het bouwbedrijf. Ina kwam daar wel op bezoek en staat ook nog op een foto bij de stallen.
Op 4 oktober 1958 overlijdt Ina’s opa Hendrik Smeenge in het Tjongerschansziekenhuis in Heerenveen, als gevolg van een ernstig auto-ongeluk in Lippenhuizen daags ervoor. Bijzondere bijkomstigheid is dat Lippenhuizen niet ver van Mildam verwijderd is én dat haar moeder Jantje Knegtering jaren later in hetzelfde ziekenhuis tercht kwam en daar vlakbij in een verzorgingstehuis, ook in Heerenveen, is overleden.
Na het overlijden van Hendrik Smeenge gaat Gien haar wens om een manege te beginnen in daden omzetten. Eerst breidt ze de activiteiten achter het huis bij het bouwbedrijf uit en in 1960 wordt de overdekte manege aan de Hoofdstraat in gebruik genomen. De verhouding tussen Gien en de kinderen bekoelt iets, maar er is geen ruzie. Vermoedelijk heeft Gien na het overlijden van Hendrik de erfenis naar zich toegetrokken om daar mee haar manegewens te kunnen financieren.
Voor Ina verandert er langzamerhand ook wel iets. Met Gien Smeenge had ze een echte “oma”. De ouders van haar vader Johannes Knegtering waren niet in beeld of al overleden. Na de dood van haar opa Hendrik Smeenge noemde ze haar buurman in Erica “opa”, de buurvrouw was “tante”, want Ina had immers als een oma.
Ina zag er naar uit als oma op haar verjaardag kwam. Ze bracht dan ook altijd leuke kadootjes mee. Teleurgesteld was Ina toen haar oma na haar 6e niet meer op haar verjaardag aanwezig was. Gien Smeenge had het kennelijk te druk met haar manege. Wel kwam oma later nog langs met meestal een groot kado, zoals een fototoestel, maar het verdriet over het niet op de verjaardag aanwezig zijn van haar oma overheerste.
Hoewel Ina zich ook nog wel een bezoek aan de manege aan de Hoofdstraat kan herinneren werd het contact drastisch minder. De zonen van Hendrik Smeenge, Jan en Geu, nemen de taak van hun vader over en bestierden het aannemingsbedrijf van Hendrik Smeenge, maar wel onder supervisie van Gien. Ondertussen lijkt de manege te drijven op financiering vanuit de bouwonderneming. Gien Smeenge is goed in paarden, maar kan de manege niet rendabel maken. De stalknechten stonden op de loonlijst van het bouwbedrijf en regelmatig moest deze ook financieel bijspringen om de manege op de been te houden. Het innen van (les) geld was ook niet de sterkste kant van Gien. Jan gaat later (na het faillissement van het bouwbedrijf) met zijn vrouw Aaltje in Emmen wonen en verlaat het bouwbedrijf voor een baan in een meubelzaak.
Nadat Gien Smeenge in 1976 met fysieke en geestelijk klachten wordt opgenomen in het ziekenhuis en niet meer terug zal keren naar haar manege, wordt Johannes Knegtering, de vader van Ina, als bewindvoerder aangesteld voor de afwikkeling van de boedel. Onder zijn leiding wordt de manege “kostenneutraal” en hebben Piet Bakker en Ted Haanappel de dagelijkse uitvoering van werkzaamheden. In ons gesprek met Piet Bakker een aantal jaren geleden was deze zeer lovend over de inzet van Johannes Knegtering om het voortbestaan van de manege in goede banen te leiden. Johannes probeert ondertussen de manege als geheel te verkopen, maar het was uiteindelijk moeilijk deze manege aan de man te brengen. Ook valt het bewindvoerderschap moeilijk te combineren met zijn dagelijkse werkzaamheden, omdat Johannes Knegtering naast zijn tuinbouwbedrijf ook lid van het bestuur van de veiling in Erica was. In oktober 1976 wordt de heer Gosselink uit Erica aangesteld als curator, die verder de zaken afhandelt.
In 1995 is Ina met haar moeder bij de crematie van haar “oma”. Ruim 20 jaar later komt ze Gien Smeenge weer tegen via onze website en verbaast ze zich over hetgeen die in de paardensport teweeg heeft gebracht. Tijdens ons gesprek vertellen wij over onze ervaringen met “onze tante Gien” en haar manege. Ina vond het fijn dat wij een beeld van haar oma konden schetsen dat anders was dan wat in haar herinnering was achtergebleven: “de oma die niet meer op haar verjaardag kwam”.
o – o – 0 – o – o