Gelrus: was de grootste van alle paarden op de manege en van het Gelderse ras. Een braaf en rustig paard, geschikt voor grote mannen.
Hij stond in de stal altijd naast Smokey en werd ook vaak gebruikt voor de kar. Gelrus trok de grote mestkar, een driewieler die moeilijk te besturen was en waarop de enige rem het menselijke been van de koetsier was. Gelrus liep een beetje scheef tussen strengen. Altijd spannend.